Remblokken monteren en verwijderen

Hoort u piepende geluiden en trekt uw auto scheef als u het rempedaal indrukt? Of werken de remmen niet naar behoren? Dan is de kans groot dat de remblokken moeten worden vervangen. (Zie de Champion-trouble tracer  voor een volledig overzicht van mogelijke remblokproblemen)

Uw remmen werken door de remblokken tegen de remschijf aan te drukken, wat wrijving veroorzaakt en de auto vertraagt of tot stilstand brengt. Na verloop van tijd slijt het wrijvingsmateriaal op het remblok totdat alleen de ankerplaat over blijft. U hoort niet alleen het snerpende geluid, de remkracht wordt ook verminderd, wat het leven van u, uw passagiers en andere weggebruikers in gevaar kan brengen.

Als vuistregel geldt dat remblokken 30.000 tot 60.000 km meegaan, afhankelijk van de wegomstandigheden, de kwaliteit van remblokken en remschijven, plus uw rijstijl.

Aan de slag

Voordat u aan de slag gaat, is het een goed idee om de gereedschappen voor te bereiden die nodig zijn voor deze klus. Dit omvat waarschijnlijk:

Gereedschap:

• Boormachine
• Dopsleutel-/ratelset
• 4-in-1-schroevendraaier
• Klembouten
• Vinylslang
• Antiratelklemmen
• Schroefdraadborging, blauw en rood
• Glazen pot
• Montagekabel
• Anti-vastloopmiddel op nikkelbasis
• Polijstsponzen
• Krikken en kriksteunen
• Wielmoergereedschap
• Breekijzer

Benodigdheden

• Poetsdoeken
• Draadborstel
• Spuitbus remmenreiniger
• Instructieboekje

En natuurlijk de nieuwe remblokken niet te vergeten. Er zijn veel verschillende soorten remblokken beschikbaar op de markt. Over het algemeen worden kwaliteit en levensduur weerspiegeld in de prijs.

Praktische tips en trics

Maak het werk een beetje makkelijker met behulp van deze praktische tips en trics:

• Werk steeds aan één kant tegelijk
  Remmen kunnen gecompliceerd zijn, met veren en klemmen die precies terug moeten bewegen naar dezelfde positie. Door één rem ongemoeid te laten terwijl u aan de andere werkt, hebt u een referentie bij de hand voor het geval u iets wilt controleren.
• Vervang de remblokken in paren 
  Deskundigen adviseren om de remblokken paarsgewijs te vervangen, dat wil zeggen de beide voorste remblokken of de beide achterste remblokken. Dit zorgt ervoor dat de remwerking aan beide zijden van de auto gelijk is.
• Zeskant- of sterdoppen? 
  De remklauwbouten van de remsystemen hebben soms een zeskantige of stervormige kop. Voordat u aan de slag gaat, draait u de voorwielen naar één kant en controleert u de remklauwbouten met behulp van een zaklamp. U kunt dan zien of u specifieke doppen moet kopen (of lenen) voor de klus.
• Voorkom lekkage van remvloeistof
  Als er remvloeistof is bijgevuld toen de remblokken versleten waren, bestaat de kans dat er te veel vloeistof in het systeem zit voor de nieuwe, dikkere remblokken, waardoor er lekkage kan ontstaan. U kunt remvloeistof uit het reservoir aftappen met behulp van een vacuümpomp of een pipet. Of plaats een paar poetsdoeken onder de hoofdcilinder om kleine lekkages op te vangen.

Rem demonteren

1. Verwijder de wielen
   Draai op een vlakke ondergrond de wielmoeren los zonder ze te verwijderen en krik de auto omhoog. Plaats de kriksteunen onder een stevig deel van het frame van de auto. Raadpleeg het instructieboekje als u twijfelt over de beste plaats om de kriksteunen te plaatsen. Wanneer uw auto veilig op de kriksteunen staat, draai dan de wielmoeren los en verwijder het wiel van de auto.
   Plaats voor de veiligheid houten blokken achter de achterwielen en plaats de verwijderde wielen achter de kriksteunen.
2. Remklauw losdraaien en verwijderen
   Draai de bevestigingsbouten en de ontluchtingsschroef van de remklauw los. Draai de ontluchtingsschroef van de remklauw weer een beetje aan. Verwijder de bouten van de remklauw en schuif de remklauw van de remschijf af om deze op de remklauwhouder in te stellen. Wees voorzichtig dat u de remleiding niet overbelast, want een gebroken remleiding is moeilijker te vervangen.
3. Oude remblokken verwijderen
   De oude remblokken zijn nu te zien. Verwijder alle klemmen, antipiepveren en -plaatjes, en verwijder vervolgens de oude remblokken met een lichte tik van de hamer.
4. Rem reinigen
   Voorkom toekomstige corrosie en mogelijke problemen, zoals bijgeluiden van de remmen en ruw remmen, door uw remsysteem te reinigen. Verwijder vuil en stof op de glijzone van de remklauw met een draadborstel en remreiniger (spuitbus), en breng een dun laagje laag remvet aan op dit gebied. Zorg ervoor dat er geen remvet in op de remschijf of de nieuwe remblokken komt, aangezien dit de effectiviteit van uw remmen vermindert.
   Reinig de remklauwbouten met remreiniger (spuitbus) en controleer op corrosie. Vervang indien nodig. Verwijder vervolgens alle roest en vuil van de wielnaaf met een licht schurende politoerschijf. Spuit ten slotte remreiniger op de remschijf om alle roest te verwijderen

Remblokken vervangen

1. Zuiger induwen
   Na de verwijdering van de oude remblokken zijn de zuigers zichtbaar. Druk de remzuiger(s) samen in de remklauw. Als de rem twee zuigers heeft, moeten ze tegelijkertijd worden samengedrukt.
2. Oppassen voor lekkage van remvloeistof
   Het samendrukken van de zuigers kan ertoe leiden dat remvloeistof terug lekt naar het reservoir van de hoofdremcilinder. Controleer het reservoir als u klaar bent met het eerste wiel. Als u denkt dat het reservoir te vol is, tap dan wat vloeistof af.
3. De nieuwe remblokken plaatsen
   Bevestig de nieuwe remblokken op exact dezelfde manier als de oude. Dit betekent dat de inkepingen op de remblokken op elkaar moeten worden afgestemd en dat de benodigde veren en klemmen moeten worden gebruikt. Als u niet zeker weet wat er nodig is, controleer dan het andere wiel ter referentie.

Rem weer in elkaar zetten

1. Complete remklauw vervangen 
   Wanneer de nieuwe remblokken in positie zijn, draait u de remklauw terug in positie. Het kan een beetje inspanning vergen om de remklauw over de nieuwe, dikkere remblokken te plaatsen. Als hij op zijn plaats zit, draai de bouten weer in en haal ze aan. Als u een remsensor hebt, sluit deze nu weer aan.
2. Herhalen bij het andere wiel
   Nadat u klaar bent met het eerste wiel, moet u met het wiel aan de andere kant beginnen. Dit wiel is tot nu toe als referentie gebruikt, dus controleer eerst of alles correct is gedaan aan het eerste wiel voordat u het tweede wiel demonteert.
3. Wiel opnieuw bevestigen
   Plaats het wiel terug en draai de wielmoeren aan. Laat de auto nu zakken totdat het wiel de grond raakt. Gebruik een momentsleutel en haal de wielmoeren diagonaal aan. Raadpleeg het instructieboekje voor de juiste aanhaalmomenten voor uw merk en model.
4. Remmen testen

Pomp een paar keer met het rempedaal om de druk op de remmen weer op te bouwen. Wanneer u druk voelt, beweeg dan langzaam vooruit en probeer de remmen voorzichtig uit. Test de remmen bij zowel langzaam vooruit als achteruit rijden en maak vervolgens een proefrit. Probeer de eerste 20-30 km niet hard te remmen. Als u een piepend of schrapend geluid hoort, kijk dan nog eens goed naar de remmen om er zeker van te zijn dat alles goed op zijn plaats zit.

5. Remmen inlopen

Denk eraan dat de remmen moeten worden ingelopen. Dit betekent, niet te hard indrukken gedurende de eerste 200 km of zo.

Wilt u zien hoe een remblok wordt gemonteerd? Bekijk deze nuttige video van Champion.

De inhoud van dit artikel is uitsluitend bedoeld voor ontspannings- en informatiedoeleinden en dient niet te worden gebruikt in plaats van professioneel advies in te winnen bij een erkende technicus of monteur. Wij raden u aan om een erkende technicus of monteur te raadplegen als u specifieke vragen of twijfels hebt met betrekking tot een van de onderwerpen die in dit document aan de orde komen. In geen geval zijn wij aansprakelijk voor enig verlies of schade veroorzaakt door uw vertrouwen op eender welke inhoud.